Opdracht 1 a: Maak van de speuropdrachten het tabblad "Vragen stellen". Schrijf een kort verslag over de informatie
In de Prezi wordt verteld hoe je goed aan informatie kunt komen. Er staan tips hoe je bij een goede zoek vraagt kunt maken zodat je de juiste informatie krijgt die je zoekt. Voor vragen wordt er vaak gebruik gemaakt van de 5 w’s. De 5 w’s betekenen: wie, wat, waar, wanneer en waarom. En ook de zoektermen hoe en welke worden gebruikt voor goede vragen. Door deelvragen te maken kun gerichter gaan zoeken. Je hebt verschillende informatie bronnen;
- Wetenschappelijke onderzoeken
- Kranten- Tijdschriften
- Boeken
- Internet
- Eigen onderzoek
Je gaat dus eerst informatie verzamelen, daarna die informatie controleren en als laatste selecteren welke informatie je gaat gebruiken. KODAK betekend voluit;
- K = Kwaliteit
- O = Oorsprong
- D = Doel
- A = Actualiteit
- K = Kwantiteit
Als laatst gaat je het verwerken en om af te sluiten ga je evalueren.
Opdracht 1 b: Maak van de speuropdrachten het tabblad "Bronnen onderzoeken". Schrijf een kort verslag over de informatie.
Welke informatie geeft een URL? URL betekent: Uniform Resource Locater Dat betekent een internetadres. URL's bevatten informatie over de organisatie of persoon die de site ter beschikking stelt. Op de homepage van een site vind je meestal wat er allemaal op een site te vinden is. Als je wat zoekt via een zoekmachine kom je meestal niet op de homepage van een site, maar op het deel van de site die gaat over het onderwerp waar jij naar zoekt. Door op de meeste sites op ‘home’ te drukken kom je op de homepage van een site. Een site wordt gebruik om je informatie te geven over een bepaald onderwerp. Een site wordt vaak gebruikt voor het maken van reclame. Door plaatjes en tekst kun je geïnformeerd worden. Als je zoek naar informatie bedenk dan 3 vragen over het onderwerp. Probeer door het lezen van de site antwoordt te krijgen op je antwoorden. Niet alle informatie op een website is goed of van degene van de website. Kijk dan ook goed of de site betrouwbaar is om informatie van te gebruiken. Je kunt het bijvoorbeeld herkennen aan spelfouten in een tekst.
Einde speuropdracht twee
Je eindscore is:
Score : 11 van 19
Opdracht 1c; De checklist.
Site 1: www.Jeugdjournaal.nl
16-23 punten (maximaal aantal te halen punten: 35)
Deze site scoort heel behoorlijk, maar het kan altijd nog beter. Bekijk de informatie kritisch. Probeer een aanvullende site te vinden die beter scoort. Als er reclame op de site voorkomt, dan is dat uiteraard zeer nadelig voor de score, terwijl de site misschien op andere punten goed voldoet.
100 woorden;
Ik vind dit een hele goede site want er wordt actueel nieuws vermeldt. Ik
Site 2: http://www.barbie.com/nl-nl
8-15 punten (maximaal aantal te halen punten: 35)
De betrouwbaarheid en kwaliteit van deze site laat te wensen over. Wil je de informatie toch gaan gebruiken, bekijk deze dan kritisch en neem niet zomaar alles aan wat er staat. Beter is om verder te zoeken op internet naar een meer betrouwbare site. Wordt er reclame gemaakt op de site, dan zijn er een aantal punten in mindering gebracht. Dit kan voor een deel de oorzaak zijn van de lage score.
Site 3: http://schooltv.nl/
16-23 punten (maximaal aantal te halen punten: 35)
Deze site scoort heel behoorlijk, maar het kan altijd nog beter. Bekijk de informatie kritisch. Probeer een aanvullende site te vinden die beter scoort. Als er reclame op de site voorkomt, dan is dat uiteraard zeer nadelig voor de score, terwijl de site misschien op andere punten goed voldoet.
Opdracht 2
Mediawijsheid
Wat is mediawijsheid?
Mediawijs ben je pas als je alle kennis hebt van media. Je weet hoe alles werkt en hoe je het goed en makkelijk kunt gebruiken.
Waarom het onderdeel van de lessen op school zou moeten zijn.
Kinderen zijn veel op internet te vinden en dat zal steeds meer worden. Daarom is het belangrijk dat de kinderen weten wat ze wel en niet op internet kunnen zetten en dat ze niet al hun privé gegevens moeten delen met vreemden.
Leg uit wat grooming is en hoe het werkt.
Vroeger werden kinderen gelokt met snoepjes, maar dat is tegenwoordig al lang niet meer zo. Nu wordt er gebruik gemaakt van het internet voornamelijk chatten is een grote oorzaak. Een meisje van bijvoorbeeld 12 is op een chat site om met mensen te praten ze denkt dat het met mensen van haar leeftijd zijn, maar dat is niet zo. Mannen van bijvoorbeeld 40 doen zich voor als jongens van ongeveer 15 jaar, maar het meisje denkt dat ze te maken heeft met een jongen van 15. De man zorgt er eerst voor dat het meisje haar gaat vertrouwen en dat er een goede band ontstaat. Het meisje komt in een soort web terecht waar ze steeds meer in vast komt te zitten. Na als het leuk en vriendelijk doen van de jongen/man gaat de man over tot de seksualiteit en laat het meisje dingen uittrekken en zo gaat het maar verder en verder. Als het meisje niet meer wil gaat de man dreigen. Hij zegt dat hij het aan mensen gaat vertellen wat ze heeft gedaan. Deze manier noemen ze grooming.
Welke aspecten jij belangrijk zou vinden om te behandelen op school.
Ik vind de veiligheid heel erg belangrijk, omdat de kinderen het gevaar van een computer niet in zien als ze jonger zijn. Ze denken dat als ze met vreemde praten dat die alleen maar goede bedoelingen hebben. Sommige hebben dat misschien ook wel maar er zitten ook mensen bij die dat niet hebben en ik vind dat je kinderen daarover moet vertellen en waarschuwen. Ook dat ze privé gegevens voor zichzelf moeten houden en niet op internet moeten verspreiden.
Opdracht 3
Voordelen;
- Kan eigenlijk moeilijk een voordeel bedenken misschien voor mensen die op vakantie zijn of omdat ze een lange afstandsrelatie hebben.
Nadelen;
- Je weet niet wat degene aan de andere kant met de beelden doet. Er zullen echt wel mensen zijn die er niks mee doen, maar het komt ook vaak genoeg voor dat mensen er misbruik van maken en er mensen gaan bedreigden met de beelden.
- Het kan zijn dat jij degene heel leuk vind en echt wat voor diegene gaat voelen, maar voor die andere is het misschien echt voor de lol en dan kun je gekwetst worden.
Eigen menig;
Ik zelf ben tegen ik vind dat mensen vooral zelf moeten weten wat ze doen. Ik zelf zou het niet doen, want je weet niet wat iemand met de beelden doet. Degene kan wel zo aardig doen dat je hem of haar gaat vertrouwen en daardoor misschien domme dingen gaat doen. Zonder dat je het weet raak je in dingen terecht waar je niet zo makkelijk uit komt. En ik vind dat het internet niet te vertrouwen is!
Opdracht 4
Voor ouders van kinderen vanaf 12 jaar
You got 29 of 44 possible points.
Your score: 66 %
Uw media-opvoeding kan worden getypeerd als ‘actief’. U heeft nagedacht over welke grenzen u wilt stellen en u heeft regels afgesproken met uw kind. Bijvoorbeeld over wat er wel en niet mag op internet en over hoe lang uw kind mag gamen of surfen. Dat is verstandig, en duidelijk voor uw kind. Maar klopt dat wel?
Voor ouders van kinderen tot 12 jaar
Uw mediaopvoeding kan worden getypeerd als ‘actief’. U heeft nagedacht over welke grenzen u wilt stellen en u heeft regels afgesproken met uw kind. Bijvoorbeeld over wat er wel en niet mag op internet en over hoe lang uw kind mag gamen of surfen. Dat is verstandig, en duidelijk voor uw kind. Maar komen uw regels wel over?
Mening;
Ik zelf ben niet super streng opgevoed met internet regels. Onze computer stond altijd in de woonkamer, zodat mijn ouders wel konden zie waar ik mee bezig was. Ook dingen kopen via internet, zoals geld voor een spelletje mocht niet dat vonden mijn ouders niet nodig. Ik zou het precies zo doen met mijn kinderen, want ik vind namelijk dat een kind van bijvoorbeeld 9 jaar echt nog niet op facebook hoeft of spelletjes online. Ik zou denk ik tot 12 jaar ofzo mijn kinderen gewoon spelletjes op spele.nl of van een cd doen en niet spelletjes online waar met anderen gepraat kunnen worden via een chat. Ik zou het wel prima vinden dat mijn kinderen filmpjes kijken op youtube, maar dan wil in wel weten wat voor filmpje het is. Ik zou wel afspraken maken met mijn kinderen over wat wel en niet kan. Ook vertel ik ze dat ik ze vertrouw op de computer en als ze zich daar niet aan houden of het vertrouwen misbruiken dan ga ik streng opletten en misschien wel een poosje het computeren stop zetten.
Opdracht 5: Leeftijd en begeleiding
5 b. Geef welke aspecten nieuw voor je waren, interessant zijn, jij belangrijk vindt voor de opvoeding etc.
Ik weet wat de kinderen kijken en wat ze leuk vinden om op internet te doen of om naar te kijken op internet. Bij mij op stage zijn ze veel bezig met Minecraft veel doen dat via de computer of via de iPad. Het voorlezen vinden ze nog steeds erg leuk en ik vind dat ze dat zowel thuis als op school moeten blijven doen. Ik vind het wel belangrijk dat kinderen wel met computer leren werken, want daar komt alleen maar meer van en de kinderen moeten daar mee leren omgaan. Er moet natuurlijk wel een grens zijn.
Opdracht 8: Cyberpesten
Geef aan wat jij zou doen als je erachter kwam dat:
- Een medestudent gecyberpest werd.
Ik zou het eerst met diegene overhebben en kijken of ik hem/haar kan helpen. Zo niet dan zou ik het met mijn slb’er bespreken.
- Interview je stagebegeleid(st)er/andere professionele opvoeder wat hij/zij zou doen als hij/zij wist dat er gecyberpest werd in de klas.
Antwoord: Ik zou er over gaan praten met mijn leerlingen en ik denk dat ik daar wel een paar lessen aan zou spenderen en zijn namelijk hele lessen voor te krijgen en daar zou ik dan gebruik van maken, maar vooral er veel over praten met mijn leerlingen.
Maak jouw eigen website met JouwWeb